Laden...
Hier eindigt de spelopdracht. Druk op X om de spelopdracht te sluiten en terug te keren naar het cultuurhuis.
Zijn jullie er klaar voor?
Goede manieren zijn afspraken over hoe we netjes en beleefd zijn. Ik ben bijvoorbeeld heel goed in ‘niet praten met je mond vol’. Maar soms vergeet ik wel ‘dank u’ te zeggen.
Welke goede manieren kennen jullie nog?
Ik wil jullie vandaag een verhaal vertellen. Jullie juf of meester zal het voorlezen.
Ondertussen beelden jullie uit.
Het gaat over een bezoek aan een toneelvoorstelling.
Daar moet je je gedragen, dus heb je goede manieren nodig.
Maar in mijn verhaal zul je ook slechte manieren tegenkomen.
Achteraf bespreken we of jullie de goede en slechte manieren hebben herkend.
Stel je voor, je ligt in je bed.
(Ga maar allemaal op de grond liggen)
Je slaapt. (Je ogen zijn toe)
Rustig. Je wordt wakker, je rekt je uit.
Je doet je kleren en schoenen aan, want vandaag ga je naar het toneel!
Je wandelt door de stad, even links en rechts kijken, oversteken.
Je staat voor het gekke gebouw waar het toneel zal doorgaan.
Je duwt de zware deuren van het theater open en je komt de hal binnen.
Je doet je jas uit en gooit die op de grond.
Opeens voel je dat je superdringend naar de WC moet! Dus loop je naar een hoekje van de hal.
Daar plas je tegen de rekken met de reclameblaadjes voor de volgende voorstellingen.
Hè hè, oef!
Dan hoor je de bel! Tijd om naar binnen te gaan.
Je gaat de zaal binnen en je wil op een stoel gaan zitten. Het is een klapstoel, dus je klapt de stoel open en gaat erop zitten.
Dan spring je nog een aantal keer op en neer op je stoel.
Je praat nog even met de persoon naast je, totdat opeens, het licht langzaam uitgaat en het donker wordt.
(Hier kan je echt even het licht uitdoen)
Het gaat beginnen. Spannend.
Je kijkt naar de voorstelling en opeens gebeurt er iets grappigs.
Dan iets heel engs.
Dan iets triestigs.
Opeens krijg je honger.
Dus neem je uit je zak een koek, je maakt die open en eet die op.
Plots gebeurt er iets raar. Dus roep je luid: 'Huh, ik snap het niet!' Je vraagt aan de persoon naast je of die het wel begrijpt.
Daarna roep je naar je juf (of meester) die vijf rijen verder zit en je vraagt of zij (of hij) het begrepen heeft.
Het is gedaan. Je klapt in je handen, want je vond het leuk.
Je doet je jas weer aan en je gaat naar school.
In de klas ga je weer op je plaats zitten.
Einde.
Hebben jullie in het verhaal de goede en slechte manieren herkend? Op het volgend scherm heb ik ze allemaal genoteerd. Weten jullie aan te duiden welke de slechte manieren waren? Hoe hoort het dan wel?
Sleep links of rechts!
Je jas hoort aan de kapstok!
Je jas hoort aan de kapstok!
Ga vooraf nog eens naar de wc.
Wat een idee! Ga toch maar naar de wc.
Je komt inderdaad best op tijd!
Te laat komen stoort de voorstelling
Zo ben je uitgepraat als de voorstelling begint.
Toch kan je beter stil zijn als de voorstelling begint.
Zo weten de acteurs dat ze grappig zijn!
Lachen mag wel, zo weten de acteurs dat je het leuk vind.
Inderdaad, je eet er best voor of na.
Je eet best voor of na de voorstelling.
Goed, je zit best stil op je stoel.
Het lijkt leuk, maar je zit beter flink op je stoel.
Sst, stil zijn is correct.
Zo stoor je de rest, je kan beter stil zijn.
Dit vinden de acteurs heel leuk!
Nu mag je lawaai maken, applaus geven dus!
Gefeliciteerd! Dit is jullie score.
Dit is jullie score. Hopelijk hebben jullie hier veel van geleerd.
Ik herhaal de belangrijkste manieren nog eens. Sleep ze in de juiste volgorde.
Goed zo! De volgorde klopt helemaal.
Wat jammer, de volgorde klopt niet volledig. Je vindt de oplossing via de kleuren van de nummers.
Gefeliciteerd! Jullie kennen de goeie manieren bij een toneelvoorstelling. Jullie zullen een fantastisch publiek zijn!
Misschien heb ik nog iets voor jullie... klik op verder.
Het gezelschap heeft me deze boodschap nog ingefluisterd:
We kijken er naar uit om jullie in de zaal te zien zitten! Tot binnenkort!
Misschien heb ik nog meer voor jullie… klik op verder.
Zijn jullie nieuwsgierig naar de voorstelling?
Zin in nog meer?
Bertrand kijkt droevig toe hoe de mensheid in al hun plezier en met veel goede bedoelingen, de wereld langzaam lijkt om zeep te helpen.
In een massa aan rommel en afgewezen voorwerpen wordt in de voorstelling plastiekBERTRAND op zoek gegaan naar de schoonheid in dit zogenaamde ‘niets’. De kapotte stofzuiger, die lelijke rok, een plastieken zak en zelfs mama’s oude broodrooster...
Wat weggeworpen werd, komt tot leven. Wat aan de kant geschoven werd, mag weer mee doen. Wat niet meer mocht bestaan, krijgt terug een ziel.
Kostuumontwerpsters Leentje Kerremans & Valerie Le Roy delen een grote liefde voor de pracht en humor van alledaagse, ‘stomme’ dingen. Samen met theatermakers Michiel Soete, Nona Demey Gallagher en muzikant Janko Beckers vissen ze in die zee van ogenschijnlijke prullen naar geheime vermommingen en dubbele levens.